My Garden’s Boundaries Are the Horizon
14:00–20:00
Opening: Friday 6 December, 5-8pm
de Appel, Tolstraat 160, Amsterdam
Je bent van harte uitgenodigd voor de tentoonstellingsopening van My Garden's Boundaries Are the Horizon op vrijdag 6 december, tussen 17:00 en 20:00 uur!
To See the Inability to See — een collectief dat in 2019 werd gevormd in de Appels Archief — staat bekend om hun collectief geschreven teksten en hun performatieve lezingen van een serie tijdelijk gemaakte driehoekige boeken. In 2022 en 2023 ontwikkelden ze een opvouwbaar multidirectioneel boek/object genaamd My Garden's Boundaries Are the Horizon: A Porous Reader to Unguard the Garden. Deze publicatie heeft sculpturale en performatieve kwaliteiten, benadrukt de relatie tussen lichamen en boeken en lokt collectiviteit uit in schrijven, lezen en denken. Het is ontwikkeld in nauwe samenwerking met de ontwerper, Elisabeth Klement, die deelnam aan hun collectieve proces door het boek parallel aan de ontwikkeling van de inhoud te ontwerpen. Het boek/object heeft zich nu ontvouwd tot de tentoonstelling My Garden's Boundaries Are the Horizon — een repertoire van objecten, gebaren en gebeurtenissen die de inhoud uitbreiden naar de ruimte en lichamen, zoals die van lezers, bezoekers en kunstwerken. Dit ontvouwen vindt plaats op een flexibel display dat tevens drager is van een selectie werken, waardoor de publicatie, de kunstwerken en de artefacten verweven worden tot een onderling verbonden constellatie van fysieke en ruimtelijke ervaringen.
Het collectieve schrijven van To See the Inability to See komt voort uit een poging om ruimtes te openen, grenzen in twijfel te trekken en nieuwe verbanden te leggen tussen objecten en verhalen. In My Garden's Boundaries Are the Horizon onderzoeken de kunstenaars de machtsstructuren die samenhangen met conventionele vormen van archiveren en verzamelen. Ze zien dit archiveren als een gemoedstoestand die we allemaal dagelijks ervaren: vasthouden aan 'het bekende' en ons verzetten tegen verandering, 'het onbekende', of het niet te plaatsen. Voor deze publicatie vertrok het collectief vanuit (fictieve) verhalen rond traditionele Iraanse gebouwen, zoals de Perzische tuin genaamd Fin Garden in Kashan, en in het bijzonder een achthoekige vestibule genaamd de hashti. De door vrouwen geleide opstand in Iran in 2022 dreef het collectief tot briefwisselingen die van grote invloed bleken te zijn op de inhoud van het boek.
De tentoonstelling omvat verschillende hoofdstukken, te zien op diverse plekken in de Appel. Een daarvan bestaat uit kunstwerken van de individuele leden van het collectief die parallel aan het schrijfproces zijn ontwikkeld. Een tweede domein omvat historische objecten uit persoonlijke collecties die gerelateerd zijn aan de inhoud van de publicatie. Een derde domein bestaat uit werken van andere kunstenaars waarnaar verwezen wordt in het boek. Een vierde richting legt verbanden tussen de inhoud van My Garden's Boundaries Are the Horizon en de Appels Archief, omdat vanuit dit archief het collectief voor het eerst begon te schrijven over zichtbaarheid en onzichtbaarheid, insluiting en uitsluiting in archiveringspraktijken. De titel is een citaat van Derek Jarman, verwijzend naar zijn tuin zonder omheiningen in Dungeness.
In de tentoonstelling is werk te zien van Arefeh Riahi, Martín La Roche Contreras, Maartje Fliervoet, Kader Attia, Kasra Jalilipour en Seba Calfuqueo, evenals een selectie historische objecten.
Tijdens de tentoonstelling is er een publieksprogramma met film- en videoscreenings van Derek Jarman, Kasra Jalilipour, Marcela Moraga en meer, en performatieve lezingen met het dash (-) collective, Constanza Mendoza, Giles Bailey, Lara Khaldi en Francisca Khamis Giacoman. De vertoningen zijn georganiseerd in samenwerking met Kriterion.
Dit project is mede mogelijk gemaakt door: Cultuurfonds, AFK, TextielLab, Mondriaan Fonds.
De kunstenaars en de Appel bedanken: Bronwen Jones (voor haar advies en hulp bij de afwerking van Spilleages), Nicholas Martin en NYU Fales Library & Special Collections (voor de ondersteuning bij het onderzoek naar David Wojnarowicz's Magic Box), Josilda da Conceição en Mertens Frames (voor hun hulp bij de productie van Legitimate Pavilion), Mohammad Reza Riahi (voor het genereus uitlenen van stukken uit zijn collectie), Marco van der Bilt (voor de productie van Multi-fold-object), Henriëtte Schaeffers.
Publieke programma
○ Vrijdag 6 december, 17:00-20:00 uur: Openingsevenement
○ Woensdag 11 december, 18:00 uur: Lezing van en gesprek over My Garden's Boundaries Are the Horizon door dash (-) collective
○ Zondag 12 januari, 19:15 uur: Filmvertoning in Filmtheater Kriterion: Films TBA
○ Vrijdag 24 januari 18:00 uur: Lezing van en gesprek over My Garden's Boundaries Are the Horizon door Constanza Mendoza en Giles Bailey
○ Vrijdag 7 februari, 18:00 uur: Performatieve lezing door To See the Inability to See
○ Vrijdag 21 februari, 18:00 uur: Lezing en gesprek met Lara Khaldi en Francisca Khamis
○ Zondag 9 maart, 19:15 uur: Filmvertoning in Filmtheater Kriterion: The Garden (1990) + korte film TBA
○ Zaterdag 22 maart, 18:00 uur: Afsluitend evenement: performatieve lezing door To See the Inability to See
Ticket- en reserveringslinks worden binnenkort hier gepubliceerd.
Over de kunstwerken en de kunstenaars
To See the Inability to See is een kunstenaarscollectief met wortels in Chili, Iran en Nederland. Door middel van een essayistisch en performatief proces weven we verhalen, gedachten en visueel materiaal samen met boeken en objecten, zodat ze een nieuw verhaal vertellen. We gerbruiken dit verhaal om het ‘archiefdenken’ uit te dagen. Onze belangrijkste onderwerpen zijn uitsluiting, vervreemding en het erbij horen. De fysieke vorm voor de publicatie My Garden’s Boundaries are the Horizon werd parallel aan het schrijven ontworpen. De vorm is gebaseerd op Arefeh’s serie Multi-fold-objects. Het ontwerp van de publicatie werd ontwikkeld in synchroniciteit met de tekst en het visueel materiaal. Het uiteindelijke object getuigt van de gezamenlijke reis die we samen met de ontwerper van de publicatie hebben gemaakt. We vonden in Elisabeth Klement een samenwerkingspartner die openstond voor onze manier van werken. Elisabeth is een Estse grafisch ontwerper, docent, curator en organisator die woont en werkt in Amsterdam. Als grafisch ontwerper leidt Elisabeth een praktijk geworteld in design justice en collectiviteit. Meedenkend met het project, gebruikte ze lettertypes ontworpen door vrouwen in zowel het Latijnse als het Arabische alfabet.
Onze collectieve projecten resoneren met onze individuele praktijken en vice versa. Zo richt Arefeh’s project The House of Secrets in Geometric Structures zich op de complexe machtsdynamiek tussen openbare en privéruimtes, en meer specifiek op de spanning tussen mannen en vrouwen binnen deze ruimtes. Inhoudelijk vormde dit werk een van de uitgangspunten voor onze publicatie. Door middel van een onderzoek naar de traditionele architectuur van Iraanse huizen en hun indeling in openbaar, semi-openbaar en privé, stelt Arefeh de hiërarchie van sociale relaties ter discussie. De belangrijkste focus van het onderzoek ligt op een achthoekige entreeruimte die de hashti wordt genoemd: de bemiddelaar tussen binnen en buiten — en de verbinder van verschillende ruimtes in het huis.
Het Multi-fold-object, dat deel uitmaakt van een oeuvre dat Arefeh sinds 2014 heeft ontwikkeld, dient ook als basis voor onze tentoonstelling. De werken in deze serie, die uitgaan van de vorm van een kubus, variëren in sjabloon, schaal en presentatie, en worden vaak gebruikt als onderzoeksinstrumenten die worden ontvouwd als reactie op specifieke locaties en contexten. De structuur van de publicatie My Garden’s Boundaries Are the Horizon biedt een nieuwe iteratie van deze objecten. Een eerdere versie werd in 2019 in de Appel getoond tijdens Un/folding Interventions, wat het begin van onze samenwerking markeerde.
Arefeh Riahi’s artistieke onderzoek richt zich op het archief in de breedste zin van het woord, en onderzoekt niet-archivale manieren om kennis te produceren. In haar interdisciplinaire praktijk verweeft ze verhalen en performances om het potentieel van kortstondige ficties bloot te leggen — ruimtes van mogelijkheden gevormd door wat het anarchive wordt genoemd. Het anarchive kan dienen om dominante ordes te onderbreken, de singulariteit van het denken te ontmantelen of te functioneren als een ruimte voor verzet.
To resist is to remain invisible van Kader Attia werd van invloed op ons schrijven sinds de opstand in Iran en de reflecties op verschillende vormen van verzet die daarop volgden. Dit stuk uit 2011 werd gemaakt tijdens de Arabische Lente, waarmee het in contrast staat: destijds bestond de verzetsdaad erin de straat op te gaan, zoals miljoenen deden, en dus zichtbaar te zijn. Maar in opstand komen is een vertrekpunt, en echt verzet begint in het dagelijks leven. Verzet is een niet aflatende veerkracht die zichzelf bijna wegcijfert en onbewust wordt: verzet is natuurlijk en niet alleen cultureel. Verzet voegt zich in de dagelijkse radertjes van het systeem om het van binnenuit te laten afbrokkelen.
Kader Attia is een multidisciplinaire kunstenaar die zich baseert op de doorleefde ervaringen van twee ongelijksoortige culturele identiteiten: Algerijns en Frans. Vanuit deze plek van culturele intermediairiteit ondervraagt Attia’s praktijk sociaal-politieke complexiteiten die geworteld zijn in geschiedenissen van kolonialisme en culturele versluiering. In zijn praktijk ontwikkelt Attia poëtische/politieke installaties en sculpturale assemblages om de verstrekkende emotionele implicaties van de westerse culturele hegemonie en koloniale machtssystemen voor niet-westerse subjectiviteiten te onderzoeken, waarbij hij zich met name richt op collectief trauma en noties van herstel.
In synchroniciteit met het thema van het collectieve geheugen en het archief, vinden de werken van Martín La Roche Contreras vaak hun uitgangspunt in bestaande verzamelingen van objecten en archieven, als manier om verhalen samen te voegen tot installaties, performances of publicaties. In zijn praktijk wordt de luisteraar of kijker uitgenodigd zich hiertoe te verhouden, of om het werk te voltooien. Door middel van efemera en anekdotes worden individuele verhalen opnieuw toegeëigend en begrepen als onderdeel van een groter collectief geheugen. In 2017 initieerde hij het Musée Légitime, een museum in een hoed, die hij draagt om zijn collectie in verschillende sferen te brengen.
Voor My Garden’s Boundaries are the Horizon schreef Martín over tuinen en queer space, inclusief verwijzingen naar Derek Jarmans Prospect Cottage in Dungeness en David Wojnarowicz’ unieke verzameling objecten, die gewoonlijk de Magic Box wordt genoemd. Martín’s Magic Box (after David Wojnarowicz) speculeert over de verhalen die in deze verzameling objecten verborgen zitten. Deze doos, die onder het bed van de New Yorkse kunstenaar werd ontdekt na zijn overlijden als gevolg van AIDS-gerelateerde complicaties in 1992, blijft een raadselachtig artefact waarvan de inhoud door Wojnarowicz tijdens zijn leven onaangeroerd werd gelaten. Voor de tentoonstelling heeft Martín een archief gemaakt door analoge tweedehands spullen uit de jaren ‘80 en zelfgemaakte herinterpretaties van de objecten van David Wojnarowicz te selecteren en te ordenen tot een nieuwe collectie.
Onze teksten over verborgen, vernietigde en hergebruikte archieven leidden tot de creatie van het werk Legitimate Pavilion. Deze installatie van Martín werd gemaakt met gerecycled papier uit zijn 10 jaar oude archief van efemera van tentoonstellingen van andere kunstenaars, waaronder brochures, tentoonstellingsbladen, catalogi, ansichtkaarten en meer. Volgens de shogi-techniek transformeerde Martín dit papieren archief tot scheidingswanden in de tentoonstellingsruimte, waardoor een intieme leesruimte ontstond voor Arefehs werk Unspeakable Secrets: a letter-essay, een van de onderdelen van The House of Secrets in Geometric Structures. Deze brief — geschreven om te worden gedeeld met het publiek — reflecteert op de grenzen tussen privé en openbaar binnen een relatie. Terwijl de brief zinspeelt op onuitgesproken geheimen, bevraagt het traditionele structuren van het huis, de cultuur en relaties.
Een ander kunstwerk dat deel uitmaakt van onze gesprekken is Gut Feelings: Fragments of Truth, een video-essay van Kasra Jalilipour, een Iraanse multidisciplinaire kunstenaar gevestigd in Derbyshire, VK. De kunstenaar werkt in verschillende media, waaronder beeldhouwkunst, werken op papier, bewegend beeld en live performance. Door te kijken naar geschiedenissen en speculatieve fictie, neemt hun praktijk de rol aan van het herscheppen van archivale geschiedenissen van queerness en transness, en soms doet hen dit door te kijken naar hoe religie en voorbije culturen deze vaak niet gearchiveerde geschiedenissen doorkruisen. Gut Feelings: Fragments of Truth stelt de vraag hoe fragmenten van de historische waarheid ons kunnen helpen een nieuwe voorstelling te maken van homoseksualiteit in het voorwesterse Iran. Centraal staat Tāj al-Saltaneh (1884-1936), een lid van de Qajar-dynastie en feministisch activiste die in het internettijdperk vaak verkeerd wordt gerepresenteerd en het onderwerp is geworden van wrede memes. Fragments of Truth biedt een queer en intersectionele kijk op hoe Tāj's leven en het Qajar-tijdperk zijn gedocumenteerd.
Een van de onderwerpen van onze publicatie is het spanningsveld tussen waterbeheer en verzet, iets waar Maartje Fliervoet zich de afgelopen jaren in heeft verdiept. Een van haar tentoongestelde geweven werken genaamd Spilleages, is een serie van drie geweven werken gebaseerd op waterfotogrammen waarin de kunstenaar zich richt op hoe ze probeert haar beeldtaal te ‘beheersen’, en op het menselijk verlangen naar controle in het algemeen. Door water op barietpapier te gieten golft het, waardoor de vorm en tint van het afgedrukte water veranderen en de resulterende afdrukken loskomen van de interventie van de kunstenaar. Scans van deze afdrukken werden geweven en hun golvende karakter werd vertaald naar het weefproces, wat resulteerde in reliëfachtige, textiele werken.
Naast Spilleages ontwikkelde Maartje Site Specific Slurry, een textielprint op een van de gordijnen van de Appel, die het koperen dak van het gebouw verbindt met giftig water uit afvalbassins van kopermijnen. Terwijl ze over controle en verzet schreef, viel haar oog op de binnenkant van een verregende doos van een voedselverpakking uit haar boodschappentas. Het oorspronkelijke uiterlijk van deze geometrische container, aangetast door het water, riep een beeld op van een kamer overspoeld door invloeden van buitenaf; een schaalmodel voor een ruimtelijke belichaming van verzet. Ze vertaalde dit beeld naar het interieur van de Appel. Dit textielwerk zal te zien zijn tijdens openingsuren na schemering.
Maartje Fliervoet verkent fotografie, grafiek, installatie, textiel, taal en drukwerk. In haar praktijk probeert ze ruimte te maken voor het ongedefinieerde en vormloosheid als een manier van denken. Haar werken bevragen condities van gefixeerdheid. In 2015 initieerde ze Manifold Books in haar atelier: een projectruimte voor hedendaagse kunst die de relatie tussen boekruimte en tentoonstellingsruimte onderzoekt.
Terwijl we voor de publicatie schreven over water en de interplanetaire distributie ervan, kregen we toestemming om een gedicht van de dichter Elicura Chihuailaf over water vanuit een Mapuche perspecitef in onze publicatie op te nemen. Opmerkelijk is dat de titel van het gedicht Itrofill mogen (“The water of life”) terugkomt in de ondertiteling van Seba Calfuqueo’s videowerk Kowkülen (Liquid Being) uit 2020. Bestaande uit een audiovisuele opname en de teksten van de auteur, maakt het videowerk een fysieke, persoonlijke en poëtische reis door water, moerassen, meren, oceanen, rivieren en bronnen. Het videowerk gaat over het lichaam, binarisme, gender, seksualiteit, de historische relatie tussen water en leven, maar ook over hun potentieel als leefruimte. Deze video zal te zien zijn tijdens openingsuren na schemering.
Seba Calfuqueo is een kunstenaar wiens werk kritisch reflecteert op de sociale, culturele en politieke status van de Mapuche in de hedendaagse Chileense samenleving. Haar uitgebreide praktijk maakt gebruik van installaties, keramiek, performance en video om hun erfgoed, feminisme en seksuele dissidentie te onderzoeken. Haar werk ontleedt vaak de overeenkomsten, verschillen en stereotypen die voortkomen uit de kruising van inheemse en westerse denkwijzen. Seba Calfuqueo maakt ook deel uit van het Mapuche collectief Rangiñtulewfü en levert bijdragen aan het tijdschrift Yene.
De objecten die tijdens het schrijven aangehaald worden, zijn onder andere artefacten, aandenkens en relikwieën: objecten die verbonden waren met onze verhalen. Hoewel sommige van deze objecten nooit fysiek gevonden zijn of konden worden, werden andere objecten deel van het repertoire van de tentoonstelling. Het Iraanse pennenbakje uit de Qajar periode (19e eeuw), met het patroon van vogel en bloem, verwijst bijvoorbeeld naar een oud verhaal over openbare geheimen en het smokkelen van miniatuurkunstwerken. Vogels en bloemen werden halverwege de 16e eeuw gebruikt als symbool voor geliefden in miniatuurschilderijen, toen het tekenen van figuren verboden was. Het bewaren van geheimen in het openbaar werd een belangrijk element in ons schrijven.
Een ander passend voorbeeld komt uit een verhaal over de Hoowz-e-Joosh in Fin Garden (Kashan, Iran), waarin wordt verteld dat de bodem van dit zwembad ooit bedekt was met prachtige tegels die op een gegeven moment werden gestolen. Hoewel we nooit een aanwijzing hebben gevonden over waar ze zich bevinden, is er toch een tegel uit Kashan in de tentoonstelling terechtgekomen. Er zijn ook een paar op de zon geïnspireerde Iraanse textielen te zien die resoneerden met de hypothese dat water afkomstig is van stof dat door de zon wordt uitgestraald. Het verwijst naar het mithraïsme, aangezien de zonnefiguur een symbool is van Mehr; een oude Iraanse godheid (yazata) van licht, eden, gerechtigheid, zon en vriendschap. Een vrouwelijk gezicht over het zonnepatroon kan ook verwijzen naar Anahita, de godin van water, regen, overvloed en overwinning.